maandag 18 januari 2016

De Haesjager

De Haesjager is een maandelijks stripmagazine met tekeningen en strips van de hand van Haes. 
Het blad wordt door Haes persoonlijk uitgegeven en om u een idee te geven over hoe dat in zijn werk gaat is hier een filmpje over het proces. 

Door Elias Jonkers.


Om het stripblad te proberen kan je altijd het nulnummer digitaal aanvragen. Dit nummer is een inkijk in een gemiddelde Haesjager. Iedere editie staat op zichzelf, zodat de strips geen vervolgverhalen zijn.

Wanneer je een abonnement neemt op een gewoon magazine, loop je altijd de nummers mis die voor die datum verschenen. De Haesjager werkt anders. Wanneer je ook abonnee wordt, je begint altijd met nummer 1. Op die manier moet je geen enkele strip missen. Want dat zou zonde zijn!
Er bestaan twee verschillende abonnementsformules: 
1) Halfjaar-jager: zes maanden De Haesjager (#01 t/m #06) in uw bus aan 30 en toegang tot online bonusfeatures.
2) Jaar-jager: twaalf maanden De Haesjager (#01 t/m #12) in uw bus aan 60 en toegang tot online bonusfeatures.

De Haesjager #00.

In het nulnummer ziet u o.a. een strip over hoe en wanneer het blad begon. Was het in 1992, wanneer de kleine Haes Donald Duck las? Of in 2001, wanneer Haes in de klas aan het tekenen was? Of toch eerder in 2013? Ach eigenlijk maakt het niet zo veer uit. Het belangrijkste is dat De Haesjager bestaat!

In De Haesjager verkent Haes de mogelijkheden van de strip en dat doet hij als geen ander. Of eigenlijk wel. Een andere stripkunstenaar die de mogelijkheden van de strip verregaand onderzocht was Will Eisner, de grootmeerster himself. Er zijn dan ook parallellen te ontdekken tussen Haes en Eisner, maar daarover later meer.

De korte strip op p. 13-17 in het nulnummer is een onderzoek naar tekstballonnen. De woordeloze strip maakt toch gebruik van tekstballonnen. Dit is trouwens niet het enige onderzoek van Haes naar dit onderwerp, zie daarvoor Waar komen tekstballonnen vandaan? op Haes z'n website.

De Haesjager #01.

De hand is de eerste strip in dit nummer en bevat autobiografische elementen. Dit is de eerste strip die doet denken aan Will Eisner, zowel qua verhaal (biografisch met een fantasie-element) als qua stijl: de compositie, kadrering en standpunten zijn van een experimenteel gehalte dat niet al te vaak voorkomt. De panelen maken deel uit van het geheel en dat vergt een volwassenheid als tekenaar. 

Deze korte strip zit vol met sterke beelden zoals bv. pagina 5: aan de koffiemachine. Twee collega's ontmoeten elkaar voor een pauze maar er wordt niet meer dan 'hoi' gezegd, terwijl het koffiemachine rustig verder blijft werken. Vast een herkenbare situatie voor velen.

Pagina 7 is een ander heel sterk beeld: 
'Pagina zeven is één grote visuele representatie van passiviteit en mislukte dromen.'
De hand is volgens Haes zelf geen verkenning van tekenstijl, visuele tegenstellingen of narratieve technieken, maar eerder een spontaan getekende strip. De tekeningen hebben een vlotheid en eenvoud. Alles klopt aan de tekeningen en er is niets te veel, waardoor ze duidelijk blijven. 
De hand is een mooie en intensieve leeservaring.

Een ander sterk verhaal is Met de kennis van nu. De strip bestaat uit twee pagina's die met elkaar in gesprek gaan, de overlapping waarmee dit verhaal opgebouwd is zien we niet vaak in strips.
In paneel 6/p. 1 gaat het personage van paneel 4/p. 2 in conversatie met zijn jongere ik. De verhalen gaan dan terug verder maar er is iets gebeurd: de oudere ik heeft zijn jongere zelf kunnen aansporen om toch plezier te gaan maken met zijn vrienden. Door die overlapping lopen heden en verleden in elkaar over en dat werkt hier mooi.

Het laatste verhaal is Lijnen. Dit verhaal is een oefening in grenzen verleggen, een experiment dat doet denken aan abstract comics, een weinig bekende tak van de stripkunst. 
Het personage is opgebouwd uit verschillende soorten lijnen. Die lijnen zijn zo gearrangeerd dat we er een figuur in zien. Wanneer het verhaal verder vordert, wordt de compositie van de lijnen steeds willekeuriger. Totdat we bij een abstracte tekening zitten en de lijnen mooi geordend worden per soort.
Over dit stripverhaal kan ik maar één ding zeggen: knap gedaan! Ik wou dat er meer als dit werd geëxperimenteerd in de strip. 
In het nulnummer zagen we al eens een beeld dat uit verschillende stijlen bestond, Lijnen doet er aan denken. De verschillende stijlen in één strip zagen we al bij Asterios Polyp van David Mazzucchelli. In dit meesterwerk heeft elk personage een eigen uitzicht dat past bij zijn of haar persoonlijkheid. Lijnen van Haes is een mooie verwijzing naar dit meesterwerk. 

Elke Haesjager eindigt op Paljas, een korte strip uit het leven gegrepen, met vaak een verrassende wending.

De Haesjager is een leuk, verrassend en ontzettend mooi gemaakt stripblad. Een verrijking voor iedere stripliefhebber.

Website van Haes: mijn naam is haes

EJ

2 opmerkingen:

  1. Bedankt voor de lovende woorden Elias! Ben benieuwd was je van nummer twee vindt. Ik ga ff door met een Paljas voor in de winkel ;)

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ik ben ook ontzettend benieuwd naar nummer 2. Dank je voor de tekenen :-)

      Verwijderen